Het begint op zo’n typische Zuid-Italiaanse begraafplaats.
Geen grafstenen, maar complete opstallen die het in een andere setting niet gek
zouden doen als vakantiehuisje, met goed onderhouden tuintje voor de deur. Eert
uw vader en uw moeder gaat hier dóór over de grenzen van de dood.
Op het eerste gezicht kijk je naar het schouderlange haar
van een blondine, maar van de andere kant belicht blijkt ze een oudere vrouw
wier missie verder reikt dan grafonderhoud. Betonnen bakken vult ze liefdevol
met water uit de kraan dat voor de bloemen is bedoeld. Ze neemt zelfs de moeite
om stukken brood te weken voordat ze deze serveert aan de magere zwerfhonden die –
zelfs letterlijk – uit haar handen eten.
Een eenzaam vrouwtje dat vertier zoekt bij de dieren? Allerminst!
Even later zit ze aan het stuur van zo’n Italiaans autootje waarmee je zo
handig kunt manoeuvreren, tot de nok gevuld met mannen, vrouwen en kinderen, opgehaald
van het strand. Zweterig en verhit, niet écht blij in blik.
Bijna thuis! Dan komt er van de andere kant komt nog een
auto aangescheurd, met twee Italiaanse dames, op weg naar een feest. Zij worden
op hun route flink verstoord door die madre di famiglia met haar volgeladen
wagen. Botsing der culturen op eigen grondgebied. Van beide kanten geen meter
bereidheid een stukje achteruit te rijden om de ander te laten passeren.
Blikken worden priemender, mondtrekkingen worden harder.
Het enige gas dat wordt teruggenomen is het omdraaien van het
contactsleuteltje. Uit!
Terwijl de twee chauffeuses vastberaden blijven zitten,
komt om hen heen de commotie op gang. Filevorming, kinderen die wanhopig schreeuwen dat ze nu
écht écht moeten plassen. Zelfs een complete business à la paardenrennen. Edele
hoop, want er is van beide kanten geen beweging meer in te krijgen. De twee staan
klemvast, want wie wil er gezichtverlies? Een ‘pad’stelling zonder einde?
Pas als de hanen kraaien bij het krieken van de dag, zetten
de eerste zonnestralen alles in een ander licht. Is die straat écht ineens
zoveel breder? Zo breed dat er bijna vier auto’s elkaar royaal kunnen passeren.
In ieder geval drie. Vast geen slordigheidje van de regisseur in een business
waar een scherp oog voor de rekwisieten (piekt het kuifje wel identiek aan de
vorige scene?) heilig is.
Nee, een geniale manier om te zeggen wat je met woorden
niet beter kunt: vasthouden aan je principes is OK, maar als je daardoor de complete
realiteit uit het oog verliest, gaat er toch iets mis. Ofwel, waar een wil is, is een weg. Zelfs in Palermo.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten