In de vakantietijd
is er een kleine opleving. Kleurrijke kaarten uit verre oorden tussen de witte
(of nog erger: lichtblauwe) zakelijke brievenbusvervuiling. Plaatjes van
kastelen of grote ijsbergen, liefst in een sorbetglas met bovenop een aardbei.
Postzegels met vreemde staatsieportretten, prikkelige cactussen of gezellige huisjes,
en de handgeschreven boodschap wat gevlekt door zweet of de laatste nattigheid
van een duik in zee. Tussen de regels lezen betekent in dit geval: hoe meer buitenlandse
kreten – buon giorno, molto bene, ha det – hoe beter de kaartstuurder zich daar thuis voelt.
Binnenkort is het seizoen weer ten einde, en droogt de
toch al niet royale kaartenstroom op tot minimaal twee weken voor kerst. Bovendien,
ook die wenskaarten verdwijnen steeds meer uit het brievenbusbeeld.
‘We maken wel
50 euro over naar een goed doel’.
De wereld wordt steeds meer digitaal en ontastbaar. Maar
eureka, begin deze week kwam mij een geweldig initiatief onder ogen.
Postcrossing. De moderne vertaalslag van de vroegere kettingbrief. Volgens het
aloude beproefde voorwat-hoortwatprincipe ga je kaarten ontvangen vanuit de
hele wereld. Het enige wat je ervoor hoeft te doen is zelf zo nu en dan een
ansichtkaart sturen, liefst met een kenmerkend plaatje uit je eigen land.
'It will turn your mailbox in a box of
surprises’ belooft de website. Meteen denk ik terug aan die schoenendoos
van mijn oma, uitpuilend met ‘reisbewijzen’ vanuit Oostenrijk, Zwitserland,
Duitsland en Spanje… landen die destijds, en zeker in mijn kinderbeleving, de
ándere kant van de wereld waren. Mijmerend bekeek ik de magisch lichtblauwe zeeën.
Ingekleurd. Pas vele jaren later zag ik dat aan een blauwe Middellandse Zee
geen Caran d’Ache te pas kwam.
Graag bereid mijn blije vondst te delen, doe ik kond van
Postcrossing aan een vriendin. Zij is meteen minstens zo enthousiast als ik,
en rent in de lunchpauze naar de VVV voor ansichtkaarten van monumentaal
Dordrecht. Logisch, wij generatiegenoten kennen onze klassieken, en vooral
het genot van zo’n onvervalste papieren kaart, zonder digitale poespas!
Die avond hebben we, op afstand, contact.
Hoe moet je een profieltekst aanmaken?
Hoe koppel je in vredesnaam een persoonlijk plaatje - pardon
een ‘avatar’ – aan je profiel?
Upload postcard image.
‘Heb jij een blauw rechthoekje? Bij mij staat er een
groen rondje.’
Register ID-number card.
‘Weet jij waar dat nummer moet staan?’
Printscreens via e-mail. Foto’s van de betreffende ‘sitepages’
via WhatsApp. Gepingel en digitaal geloei alom. Anderhalf uur later hebben we
allebei ons eerste adres om een kaartje te sturen. 'Kinderlijk eenvoudig'.
Ik ga’m zo meteen even op de post doen, mijn kaartje
richting Moskou. Met de fiets, want de dichtstbijzijnde brievenbus is
tegenwoordig al een aardig eindje weg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten