Wie niet eet, gaat dood. Een waarheid als een koe. Maar
wat we zoal naar binnen proppen en hoe slecht dat vaak voor ons is, daarbij sta
je veel te weinig stil. Met die gedachte bezie ik het ‘graasgedrag’ van mensen
om me heen. Het is bij het inchecken in een vliegtuig dat we, à la Efteling-wachtrij,
tussen de linten door zigzaggen op weg naar de slurf. Links en rechts
allerhande verlokkingen om de tijd te doden. Automaten met chocoladegedrochten
gevuld met karamelcrème, kokospulp of vette pinda’s (‘een vuistvol in iedere
reep’). Rijk gevulde frisdrankapparaten, de inhoud bruisend van minstens tien
klontjes suiker per blik. Het ratelend geluid van ingeworpen munten accentueert
de gretigheid waarmee ze aftrek vinden, al die aanslagen op het leven.
Aanslagen op het leven, ja! Mij kost het nauwelijks
moeite al die calorieënbommen stoïcijns voorbij te lopen. Ik heb net iets heel
anders achter de kiezen; ‘De voedselzandloper’, een wetenschappelijk onderbouwd
boekwerkje van een Belgische arts over het effect van voeding op onze
gezondheid.
De invloed van voedsel bij het ontstaan van kanker en op
de werking van onze hersenen. Maar ook hoe vet je aderen dichtslibt (hoge
bloeddruk, hartaanval) en hoe suiker zorgt voor gigantische energiepieken. Dat
laatste lijkt leuk, maar hoogmoed komt voor de val; zo’n vliegensvlug opgebouwd
hoogtefront stort weer net zo snel ineen. En wat een energie het kost om al die
verkeerde voedingsmiddelen weer weg te werken; een aanslag op je huid, die door
ongezond eetgedrag veel te vroeg verandert in een soort craquelé.
Al die wijsheid ligt me zo zwaar op de maag dat ik me voortaan
drie keer bedenk alvorens me vol te proppen met onverantwoorde vetten. Gelukkig
zijn er ook goede. Met noten word je niet ‘nuts’ maar blijft je geest werken
als een goed geoliede machine. Wie de calorieën uitgebalanceerd wikt en weegt,
wordt niet alleen gemiddeld veel ouder, maar ook de kwaliteit van leven is
beduidend beter. Living to the max.
We schuifelen verder richting ingang. Krap tien minuten
voor het verplichte uitschakelen van de mobiele telefoon zoemt er een berichtje
binnen bij mijn reispartner. Een e-mail van het werk. Gisteren is er een ongeluk
gebeurd op de snelweg vlakbij kantoor. Een vrachtwagen gekanteld en twee
automobilisten erbij betrokken, waarvan eentje een collega. Achtentwintig en
net een half jaar in dienst. “Onze gedachten gaan uit naar zijn echtgenote, vijf
maanden zwanger van hun eerste kind.”
Slik.
Vijf dagen later zit ik weer in het vliegtuig, terug naar
huis. Bij het landen houd ik, als altijd, even de adem in. Toch altijd een
tricky moment vlak voordat de wielen de grond raken. Remmen, remmen! Pas als
we bijna tot stilstand gekomen zijn, dringt tot me door wat er op het plaatje staat
op de stoel voor me, waarnaar ik strak heb zitten staren. Een supersize hamburger met dikke klodders
gele saus.
Na de lange wandeling naar de aankomsthal en het wachten
op de koffer, heb ik – etenstijd - net de trein gemist. Een half uurtje wachten
is net genoeg voor een snelle hap. Een bak patat, van die lekkere dikke, met
een grote klodder mayonaise. Want natuurlijk kies ik mét.
Lang leven, dat is vooral ook een enorme dosis geluk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten