Er zijn van die ontmoetingen met mensen die nagalmen in
je hoofd. Zelfs jaren later, als je ze al een beetje vergeten bent, komen ze ineens
weer bovendrijven.
Zo’n ervaring had ik laatst, op zo’n zeldzaam moment van
niet-weten-wat-te-doen, opgevuld met gezap. Het magere meisje op de beeldbuis
hield mijn ogen net wat langer vast en mijn doorklikduim in bedwang. Vooral
omdat ze me deed denken aan die ándere jonge vrouw van alweer een flinke tijd
terug.
Ze leken dubbelgangers. Van die typische ballerina’s, lange
benen, sierlijke armen, strak staartje en haar uit het gezicht waardoor hun magere,
ingevallen wangen nog meer werden geaccentueerd.
Ook hun levensverhalen hadden grote overlap. Angst om te
eten, angst voor de calorieën.
Zo magnetisch als ik in het tv-verhaal werd getrokken, zo
gemakkelijk fladderen mijn gedachten weer weg. Terug naar het contact met dat meisje
van toen. Haar droom om balletdanseres te worden, was nooit waar gemaakt. Haar
droom om slank te blijven wel. Ze had nog steeds een frêle figuurtje, maar qua
levenservaring iets meer gewicht in de schaal.
Ze vertelde hoe haar ouders haar hadden gedwongen om te
eten. Met straffen en dwingelandij. Bijna met een trechter op haar keel. Tijdens
de verplichte therapie had ze voor het eerst over anorexia nervosa gehoord. Hoe
verschrikkelijk ze haar opname ook vond, er was één lichtpuntje: haar ouders hielden
kennelijk genoeg van haar om bezorgd te zijn. Met die gedachte in het hoofd
vocht ze zich moeizaam terug. Stap voor stap, hap voor hap.
Maar toen ze eindelijk weer ‘vrij’ mocht, waren er geen
blije gezichten thuis. Geen bossen bloemen en geen koesterende armen om haar
heen. Er werd alleen van haar verwacht dat ze normáál zou doen, weer passen in
het keurslijf dat haar ouders voor haar hadden bedacht.
De voortdurende glimlach op haar gezicht kon ik maar
moeilijk snappen. Zo vrolijk was het toch allemaal niet. Er was even een
fractie van aarzeling geweest toen ik mijn vraag had gesteld. Nog vóór het
antwoord had ze zich weer onder controle. “Als ik lach… dan hoef ik niet te
huilen.”
Mijn ogen focussen weer even op het tv-meisje. Haar
gezicht in lachstand, maar haar ogen staan star en de pretlichtjes ontbreken. Ze
heeft nog een lange weg te gaan. Van lachen naar eindelijk mogen huilen… dat
ligt pas écht zwaar op de maag.
Goed gezien, Linda. En mooi verwoord.
BeantwoordenVerwijderenDankje Dienke, blij met je reactie. En ja, de basis van schrijven is simpelweg... goed kijken ;-). Soms met lach, soms met ...
BeantwoordenVerwijderen